Het goede nieuws eerst: oldtimers genieten meestal van zeer voordelige verzekeringsformules, met tarieven die flink lager liggen dan bij moderne auto’s. Hoe dat komt? Peeter Henning, voorzitter van BEHVA (de Belgische federatie van oude voertuigen), legt het uit: “Wij bieden inderdaad onze eigen verzekeringsformules aan, met extreem scherpe prijzen. Zo heb je al een burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering (BA) vanaf 75 euro per jaar, met een toeslag van 30 euro per extra voertuig. Die prijzen zijn mogelijk omdat de cijfers bevestigen dat eigenaars goed zorgen voor hun oldtimer. Ze rijden voorzichtig, mijden risicovolle zones zoals stadscentra, en gebruiken hun wagen amper: gemiddeld zo’n 1.500 km per jaar. Bovendien verbiedt de wet het om een oldtimer professioneel te gebruiken. Er is dus weinig kans dat je ze ziet rijden op risicovolle momenten, zoals tijdens de spitsuren.”
Wat is een omnium eigenlijk?
Ook voor oldtimers voorzien sommige verzekeraars een omniumverzekering. Peeter Henning licht toe: “Wij bieden twee omniums aan voor bestuurders die maximaal 10.000 km per jaar rijden: een volledige omnium die materiële schade, brand, diefstal, glasbreuk, natuurschade en aanrijdingen met dieren dekt. Daarnaast is er een mini-omnium tegen een lager tarief, die – net zoals bij moderne auto’s – dezelfde dekking biedt, behalve voor materiële schade.”
Wat kost dat?
Bij moderne auto’s lopen de premies al snel op. Hoe zit dat bij oldtimers? “Ook hier blijven de tarieven heel redelijk: vanaf 165 euro voor een wagen met een geschatte waarde onder de 10.000 euro. Voor een auto van 30.000 euro komt dat op 320 euro. Uiteraard gelden er degressieve tarieven voor de andere voertuigen in de collectie”, antwoordt Peeter.
Advertentie – lees hieronder verder
Is een waardebepaling verplicht?
Ja en nee, want dat hangt af van de waarde van de wagen. Voor het gros van de auto’s – met een waarde onder de 100.000 euro – laat BEHVA je zelf de schatting doen via een zogenaamde tele-inschatting. “We vragen dan een hele reeks foto’s van de wagen, vanuit elke hoek. De eigenaar laadt die op via onze website, samen met een beschrijving van het voertuig, de staat en alles wat zijn schatting onderbouwt. Daarna analyseert Hiscox SA, onze partner, het rapport. Als de tele-inschatting wordt goedgekeurd, doen we een voorstel. Zo niet, vragen we bijkomende informatie.” Voor voertuigen boven de 100.000 euro is een schatting door een erkend expert ter plaatse verplicht.
Wat bij een ongeval: afschrijving of franchise?
“Ja, er geldt een afschrijving, maar niet tijdens de eerste 60 maanden na de expertise of tele-inschatting. Daarna geldt een waardevermindering van 1% per maand. Daarom raden we aan om elke vijf jaar een nieuwe expertise te laten uitvoeren. De franchise blijft ook beperkt: voor bestuurders ouder dan 30 jaar bedraagt die 2,5% van de verzekerde waarde, met een maximum van 1.250 euro. Die franchise geldt voor materiële schade en vandalisme. Voor glasbreuk betaal je 125 euro”, aldus Peeter.
Is het de moeite waard?
Dat hangt af van je gebruiksprofiel en het type auto. We spraken Benoît, die zijn Volvo Amazon uit 1966 omnium verzekerde. “Wat mij over de streep trok, was de relatief lage prijs van een volledige omnium. Het gaat mij vooral om gemoedsrust: ik heb veel tijd en geld in die wagen gestoken en ik zou het verschrikkelijk vinden om alles bij het eerste incident kwijt te zijn.” André, eigenaar van een hele reeks kleine Renault 5’jes, doet het liever zonder: “Ik rijd amper met mijn wagens en de totale kosten zouden te hoog zijn. Bovendien doe ik alles zelf en heb ik een voorraad onderdelen.” De ideale situatie voor een omnium? Een oldtimer die je regelmatig gebruikt en waarvan de onderdelen vrij duur zijn.
Pechverhelping: een must voor verzamelaars
Over één ding zijn beide eigenaars het roerend eens: pechverhelping. “Die is echt essentieel. Je kent je wagen vanbinnen en vanbuiten, maar een defect ligt altijd op de loer. Het blijven oude onderdelen”, zegt André. Peeter Henning bevestigt: “Daarom is pechbijstand standaard inbegrepen in de BA-basispremie bij BEHVA. Die omvat hulp ter plaatse, repatriëring van het voertuig, de bestuurder en de inzittenden naar huis of een garage naar keuze in België. En voor de buurlanden, inclusief Zwitserland en Groot-Brittannië, bieden we ook repatriëring aan als de herstelling niet binnen de vijf dagen lukt. Voor een relatief kleine meerprijs (66 euro, n.v.d.r.) breiden we die dekking uit naar bijna alle Europese landen, inclusief bijstand voor personen wereldwijd.”
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be
