Het is geweten dat een politiek ambt goed betaald is. Parlementsleden strijken maandelijks al gauw 6.000 euro op, terwijl de weddes van de ministers tot het dubbele kunnen oplopen. Daarmee lig je natuurlijk niet wakker van de hogere prijzen voor brood, brandstof of elektriciteit.
Goed, dat zijn de loonbarema’s die wettelijk zijn bepaald voor onze beleidsvoerders. Maar voor de bevolking die financieel stilaan op het tandvlees zit, blijft dit een zure situatie. Bovendien hebben de excellenties nog tal van andere heel zichtbare voordelen die nog extra zout in de wonde strooien. Zoals het wagenpark van de Vlaamse ministers dat bijna uitsluitend bestaat uit dure premium modellen.
Leasing van meer dan 2.000 €/maand
Ook wat dit wagenpark betreft, gebeurt er niets illegaals. De ministers heeft recht op ‘vervoer van betere kwaliteit’ waar uiteraard een flink prijskaartje aan bengelt. Maar als je het wagenpark van de Vlaamse regering bij elkaar zit staan, waan je je zowaar in Knokke Zoute met een mooie verzameling van de topmodellen van de premium merken naast elkaar.
Advertentie – lees hieronder verder
Zo rijdt minister-president Jan Jambon in Mercedes S580e (prijs ca. 135.000 euro!). Zuhal Demir, Matthias Diependaele en Jo Brouns kozen voor een Volvo XC90 (prijs ca. 80.000 euro), terwijl Hilde Crevits, Ben Weyts en Lydia Peeters voor een BMW uit de 5 of 7 Reeks opteerden voor een gelijkaardig budget. Tenslotte verplaatsen Benjamin Dalle en Bart Somers zich in een Audi e-tron.
Deze wagens worden geleaset en kosten maandelijks allen meer dan 2.000 euro. Een normaal tarief voor dit type wagens dat ook vaak door topmanagers uit de privésector wordt gebruikt. Alleen wordt deze kost hier eigenlijk gedragen door de hele gemeenschap. Door u en ik, door mensen die het momenteel allemaal moeilijk hebben om de eindjes aan elkaar te knopen. Vandaar de niet onlogische boodschap van oppositiepartij PVDA om eindelijk eens op dat decadente wagenpark te besparen.
Het zou inderdaad een goed signaal zijn van onze ministers naar de bevolking toe, dat ook zij met de voeten in de realiteit blijven staan. Want geef nu toe, ook iets bescheidenere modellen van Volkswagen of Peugeot laten de excellenties toe om vlot, veilig en comfortabel naar de Wetstraat te rijden, een rit die voor vele onder hen amper 50 km ver is. Even opmerkelijk is dat sommige ministers tot vier dienstwagens in gebruik hebben (voor wellicht hun medewerkers), terwijl andere het logisch bij één voertuig houden.
Amper elektrificatie
Nog een heikel punt is de elektrificatie van het wagenpark van de ministers, die helemaal nog niet ver staat. De meeste onder hen rijden immers nog steeds met een hybride, want enkel Benjamin Dalle en Bart Somers kozen al voor een volledig elektrische Audi e-tron. Vreemd, want de overheid zit toch al lang te hameren op de energietransitie waarin de overgang naar de elektrische auto volgens haar een cruciale rol zal spelen. Daarin zouden de ministers toch een voorbeeldfunctie moeten vervullen door reeds allemaal elektrisch te rijden. Maar ook hier duikt vaak het bekende excuus op: “Ja maar ik ben heel veel onderweg en je kan nog niet overal opladen”. Serieus?
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be