Ferrari 156
In 1961 domineerde Ferrari het F1-wereldkampioenschap met de 156, uitgerust met een 1,5-liter V6-motor en herkenbaar door zijn “haaienneus”. Dit was de eerste Ferrari die het kampioenschap bij de constructeurs won. Bovendien rijfde Phil Hill, die net door Enzo was ingelijfd, de titel bij de piloten binnen.
Ferrari 312B
Advertentie – lees hieronder verder
In 1970 werd landgenoot Jacky Ickx vice-wereldkampioen en dit met behulp van zijn Ferrari 312B. Dit model betekende de comeback van Ferrari, dat toen de tweede eindigde onder de fabrikanten.
McLaren-Mercedes MP4-13
In 1998 ging het team van Ron Dennis met de constructeurstitel lopen. Hun McLaren MP4-13 was uitgerust met de krachtigste F1-motor van dat moment, een V10 die 800 pk bij 16.000 tr/min genereerde. Mika Häkkinen won er zijn eerste rijderstitel mee.
Renault R25
In 2005 puurde deze Renault F1 maar liefst 930 pk uit een V10 en dit bij 19.250 tr/min. Met de R25 heeft Fernando Alonso alles op alles gezet om de rijderskroon in 2005 en 2006 te kunnen dragen.
Brawn GP 01
In 2009 kocht Ross Brawn (technisch directeur bij Ferrari ten tijde van Michael Schumachers gloriejaren, tussen 1997 en 2006) tot ieders verbazing het Honda F1-team, ook al eindigde dat pas op de negende plaats in het kampioenschap van 2008. Noem het gerust een van de meestbriljante zetten uit de de geschiedenis van de Formule 1. Ross’ nieuwe Brawn GP 01, uitgerust met een Mercedes-motor, verraste meteen vriend en vijand en won gemakkelijk het kampioenschap bij de constructeurs. Bovendien won Jenson Button de coureurstitel met de GP 01 en eindigde teamgenoot Rubens Barrichello op de derde plaats in het klassement. Het jaar nadien werd Brawn opgekocht door Mercedes.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be