Het heeft weinig gescheeld of er was nooit sprake geweest van Audi Brussels. In 2006 al was het doodvonnis van de toenmalige Volkswagen-fabriek nagenoeg geschreven, toen de productie van de Golf en Polo naar Duitsland verhuisde. Dat er toch nog een levenslijn van bijna twee decennia kwam, dankt de vestiging in onze hoofdstad aan een oude Belgisch-Oostenrijkse vriendschap.
Van oorsprong was de fabriek immers in Belgische handen. De familie D’Ieteren, tot dan toe vooral bekend als koetswerkbouwer, zette ze kort na de Tweede Wereldoorlog neer om er Studebakers en later Volkswagens te gaan bouwen. Het bedrijf was daarnaast een van de eerste die met het pas opgerichte Volkswagen een overeenkomst sloot om auto’s van het merk te importeren, maar ging dus ook zelf Kevers assembleren, en een tijdlang zelfs ook Porsches.
Die overeenkomst zou tot 1970 duren, waarna het Duitse bedrijf de fabriek van D’Ieteren overkocht en moderniseerde, om er vanaf 1974 een nieuwe generatie auto’s te gaan bouwen, eerst Passats en later Golfs.

Advertentie – lees hieronder verder
Oude familieband
De band tussen de familie D’Ieteren en de Porsche-clan, eigenaar van Volkswagen, bleef echter hecht, en dat kwam later nog goed van pas. Wanneer in 2006 het voortbestaan van de Belgische fabriek bedreigd werd, ging Roland D’Ieteren aankloppen bij zijn oude vriend Ferdinand Piëch, telg van de Porsche-clan en op dat moment grote baas van de Volkswagen-groep. Beide kenden elkaar al van hun kindertijd en hadden nog samen een schoolbank gedeeld.
Samen met eertijds eerste minister Guy Verhofstadt overtuigde hij zijn oude vriend om de Belgische fabriek te redden. Er verscheen een Audi-logo op de gevel en ze werd gemoderniseerd, voor de productie van een nieuw klein model, de A1.
D’Ieteren overleed in 2020, terwijl Piëch het jaar voordien gestorven was. Dat die cruciale connectie niet meer bestaat, deed de positie van de Belgische vestiging in het Europese productienet van de VW-groep vast geen goed. Inmiddels heeft die bovendien ook fabrieken in Zuid- en Oost-Europa, waar de loonkost lager ligt.
De hoge Belgische loonkost was een handicap voor Audi Brussels, maar geen doorslaggevende. Vergeleken met Duitsland ligt de loonlast in ons land zelfs lager, wat te maken heeft met de zeer machtige IG Metall-vakbond in het thuisland, waar bijzonder goede arbeidsvoorwaarden gelden in de autobouw.
Dat Brussel niet in Duitsland ligt, blijkt vandaag echter een fors nadeel. Nu de overkoepelende Volkswagen-groep met overcapaciteit kampt, werd een afslanking van het Europese productienetwerk onafwendbaar. Een fabriek sluiten in het thuisland zou de emoties te hoog doen oplaaien, en dus was de keuze voor Brussel vanuit Duits standpunt de logische, ondanks de hoge productiviteit en kwaliteit van de Belgische vestiging.
De zwanenzang
Het is niet bekend of ook de laatste levenslijn van Audi Brussel nog te danken was aan de oude familieband. Wel geweten is dat het in Duitsland in 2016 niet goed onthaald werd dat Audi de bouw van zijn eerste elektrische productiemodel niet toewees aan een Beierse site, maar aan de verre poot in België.
Daar kwam een forse investering van honderden miljoenen bij kijken, net als een dosis overheidssteun in ons land. Het leek op een lange levensverzekering voor Audi Brussels, maar dat was buiten een krimpende Europese automarkt gerekend, terwijl de E-tron ook algauw op technologisch vlak werd ingehaald door de concurrentie, en uiteindelijk zelfs door een ander Audi-model, de Q6.

Nieuwbouw voor de sloop?
Het is een geldverslindende plotwending, want voor de hypermoderne fabriek vond Audi tot nader order geen overnemer, waardoor sloop het mogelijke droeve lot is. Er circuleren wel verschillende ideeën voor de site van 54 hectare, onder andere om er een bedrijventerrein van te maken. Minister van Defensie Theo Francken maakt zelfs gewag van een wapenfabriek.
De 3.000 werknemers aanvaardden in januari, na maanden onderhandelen, een sociaal plan. Naast de wettelijke opzegvergoeding, legt de Duitse autobouwer nog eens ongeveer hetzelfde bedrag op tafel als smartegeld.
Daarmee komt een einde aan 77 jaar autobouw aan de Brits Tweedelegerlaan in Vorst. De Volvo-fabriek in Gent is nu nog de enige die in ons land auto’s maakt.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be