Het resultatenseizoen was niet bepaald een opsteker voor de drie musketiers van de Duitse automobielindustrie. Zo zag Mercedes de winst van zijn personenwagendivisie met 40% teruglopen vorig jaar. Bij Audi was het met 45% zelfs nog ietsje erger, terwijl BMW 30% moest incasseren. Voor alle duidelijkheid: deze automerken draaien nog altijd winst, maar het vet dat op de soep drijft, wordt alsmaar dunner. Zorgwekkend dunner, waardoor doorslikken niet langer een optie is. Er moet anders worden gekookt.
De directe oorzaken zijn bekend. De kosten van de elektrische transitie wegen te zwaar door, nu deze niet worden gecompenseerd door de flauw aantrekkende verkoop van batterij-auto’s. Audi in het bijzonder moest extra budget ophoesten voor het sluiten van de fabriek in Vorst en wat telt voor alledrie is dat de Chinese klant zich niet langer laat bedwelmen door het Duitse premiumaura. Op de grootste automarkt ter wereld wordt tegenwoordig lokaal gekocht. Weg winst, en weinig kans dat de goede tijden terugkeren.

Dikker harnas
Niet iedereen voelt de impact even hard. Bij Audi en Mercedes leidt de crisis tot ontslagen. Mercedes heeft een akkoord met de vakbonden, maar houdt het aantal geschrapte contracten nog geheim. Audi schrapt 7.500 extra jobs in administratie en ontwikkeling, nadat het eerder al 9.500 banen aan de assemblagelijn schrapte en begon te snoeien in de productie.
Advertentie – lees hieronder verder
Maar BMW heeft blijkbaar een dikker harnas. Niet alleen deelt het in minder zware klappen, het merk is er vorig jaar ook in geslaagd om meer elektrische auto’s te verkopen dan zijn beide rivalen samen. Meer precies gaat het om 368.475 stuks terwijl Mercedes er 185.059 en Audi 164.000 versleet. In ons land is BMW nu al vier jaar op rij het populairste merk. Een unicum, dat elders ooit eens uitzonderlijk in Singapore is voorgevallen. Die Belgische medaille heeft natuurlijk alles te maken met onze sterke bedrijfswagenmarkt naast de aantrekkelijke kortingen en dito imago van het merk.

Eerst koetswerk, dan aandrijving
Maar in de rest van de wereld speelt dat minder. Het ligt aan de strategie. Zo heeft BMW (bijna) geen aparte elektrische modellen in de cataloog. Klanten kiezen eerst het koetswerk, en pas dan een aandrijving. Daarnaast zoekt het merk naar een zachte transitie. Geen deadline voor een volledig elektrische showroom, het engagement voor verbrandingsmotoren blijft, en zelfs het onbetekenende waterstof - dat Audi en Mercedes hebben afgezworen - gaat niet op de schop. Schoorvoetend beginnen de andere te volgen. Te beginnen met de benamingen die bij Audi en Mercedes in allerijl worden aangepast: even nummers zijn niet langer enkel elektrisch bij de eerste, EQ sterft uit als apart label bij de laatste.
Nu, niet alles wat BMW aanraakt verandert in goud. De pineut is de XM, het allereerste eigen model van de sportdivisie. Wat zou moeten doorgaan voor een succesrecept, een SUV met de glorie van de M-saus, draaide uit op een verkoopsisser. Met 7.813 stuks werden er minder van verkocht dan van de ondertussen uitzwaaiende Z4. En ook de elektrische topper iX - de aandachtige lezer merkt op dat dit de enige volwaardig elektrische BMW is - heeft terrein goed te maken. Deze zag zijn verkoop met bijna een kwart in elkaar klappen.

Een belangrijk deel van het welslagen is dat BMW doordacht vooruitkijkt. Waar de andere rekenen op een meevaller vanuit de VS en een president die alsnog zijn tarieven verzwakt, heeft het merk uit München al 1 miljard euro opzijgezet om de klant niet te laten opdraaien voor de meerprijs. En de batterijenkost van de revolutionaire Neue Klasse, binnen enkele maanden te koop, heeft het weten te halveren. BMW liet al verstaan dat de klant het voordeel van die winst krijgt. Dat goede nieuws bracht Mercedes niet mee bij de presentatie van zijn even baanbrekend gewaande CLA.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be