Particulieren hebben de diesel al langer de rug toegekeerd en nu zoek nu ook bedrijven alternatieven voor de aloude zelfontbrander. Dat ligt niet aan de kwaliteiten van moderne dieselwagens – die waren zelfs nog nooit zo goed en proper – maar heeft uiteraard te maken met de misvatting bij beleidmakers dat diesel ‘fout’ is en de fiscaliteit die hiervan het gevolg is. De gedaalde fiscale aftrekbaarheid van dieselwagens en het imagoprobleem beginnen ook de bedrijfsvloten parten te spelen.
Meer benzines en PHEV’s
Uit cijfers van sectorfederatie Febiac blijkt dat de plug-in hybrides (ook wel PHEV’s) de diesels voorbijgestoken zijn. Tussen 1 januari en 30 september 2022 werden in ons land 174.800 nieuwe bedrijfswagens ingeschreven. De populairste aandrijfkeuze was benzine, met 65.426 exemplaren. Dan volgt de plug-in hybride (zowel benzine als diesel) met 39.212 wagens. Dat is meer dan de diesel, die blijft steken op 37.950 exemplaren. 22.243 bedrijfswagens zijn dan weer volledig batterij-elektrisch, terwijl het aantal bedrijfswagens op lpg, cng of waterstof verwaarloosbaar is.
Advertentie – lees hieronder verder
Grote verandering in 2023
De plug-in hybride is dus aan een opmars bezig, maar de vraag is hoelang die blijft duren. Vandaag zijn plug-in hybrides maximaal 100 procent fiscaal aftrekbaar en dus zeer interessant voor bedrijven. Dat verklaart ook waarom ze – in vergelijking met andere landen – in België buitenproportioneel populair zijn.
In 2023 verandert de fiscaliteit in ons land en dat is geen goede zaak voor de plug-in hybride. Een eerste aanpassing is er al vanaf 1 januari 2023. Voor een PHEV die vanaf dan besteld wordt, zijn de brandstofkosten (benzine of diesel) nog maar 50 procent aftrekbaar. Het stroomverbruik blijft wel nog gekoppeld aan het percentage van de wagen (100 procent aftrekbaar).
Kies je vanaf 1 juli 2023 een niet-emissievrije bedrijfswagen (inclusief een plug-in hybride), dan kom je terecht in een degressief systeem waarbij de maximale aftrekbaarheid stelselmatig daalt: 75 procent in 2025, 50 procent in 2026, 25 procent in 2027 en 0 procent in 2028. Kortom: wil je een bedrijfswagen met verbrandingsmotor, dan bestel je die beter vóór 1 juli 2023.
CO2-bijdrage als doodsteek
Naast de aftrekbaarheid is er nog een factor die vaak vergeten wordt en nefast is voor de plug-in hybrides (en andere auto’s met verbrandingsmotor). We hebben het over de CO2– of solidariteitsbijdrage die de werkgever moet betalen als een werknemer een bedrijfswagen krijgt die ook voor privégebruik dient. Die stijgt de komende jaren exponentieel voor wagens besteld vanaf 1 juli 2023. In 2027 zal de CO2-bijdrage 450 procent hoger liggen dan vandaag, voor dezelfde wagen.
KBC Autolease berekende twee concrete scenario’s ter illustratie. Een benzinewagen met 126 g CO2 /km wordt fors duurder. Bestel je deze auto vóór 1 juli 2023 dan blijft de CO2-bijdrage constant op 41,3 euro per maand. Kies je voor deze auto na die datum, dan stijgt dat bedrag van 92,8 euro in 2024 naar 226,9 euro per maand in 2027. Over 48 maanden bekeken, is dat 5.198 euro duurder.
Bij een plug-in hybride met 40 g CO2/km is de situatie gelijkaardig. Die kost van 2024 tot 2027 28,2 euro per maand als je hem vóór 1 juli 2023 bestelt. Doe je dat niet, dan loopt de maandelijkse bijdrage op van 63,4 euro in 2024 tot 212,5 euro in 2027. Voor de werkgever betekent dit 4.690 euro extra kosten op 48 maanden. De conclusie is duidelijk: bedrijven zullen vanaf 1 juli 2023 massaal kiezen voor elektrische in plaats van plug-in hybride wagens.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be