De transportsector en individuele mobiliteit ondergaan grote transformaties. Na meer dan een eeuw van olie en verbrandingsmotoren, krijgen nu andere koolstofarme energiebronnen de voorrang, in een poging om de opwarming van de aarde te vertragen. In deze context wordt de elektrische auto vaak voorgesteld als de enige oplossing. Maar voor velen is dit een kortzichtige en onrealistische visie, omdat de overgang volgens hen moet worden gevoed door een reeks groene energiebronnen, waaronder synthetische brandstoffen, waterstof, enz.
Zo lijkt waterstof bijvoorbeeld een mooie toekomst tegemoet te gaan. Zolang het wordt geproduceerd met groene energie, kan het gebruikt worden in de industrie, voor het verwarmen van huizen, deze van stroom voorzien, en in transport, zowel zwaar (vrachtwagens, schepen, vliegtuigen) als individueel (personenauto’s). Toyota, BMW, Hyundai en vele anderen blijven werken aan deze technologie, zowel met brandstofcellen als met verbrandingsmotoren die rechtstreeks H2 kunnen verbranden.
Advertentie – lees hieronder verder
Niet geloofwaardig?
Hoewel het vooruitzicht veelbelovend lijkt, zijn er een aantal specialisten die niet geloven dat waterstof gebruikt kan worden in de transportsector, zoals Jean-Marc Jancovici, die denkt dat het een slecht idee is om verder te gaan in deze richting. Een opmerkelijke mening, vooral omdat het van een bekend figuur in de energiewereld komt. Jancovici is immers een beroemde Franse ingenieur, spreker, auteur, afgestudeerd aan de École Polytechnique, ingenieur van de École Nationale Supérieure des Télécommunications en zelfs de bedenker van de CO2-voetafdruk, die hij ontwikkelde bij het Agentschap voor Milieu en Energiebeheer. Kortom, een bijzondere man!
De man deelde zijn scepsis in een onderzoekscommissie van de Senaat, namelijk de productie, het verbruik en de prijs van elektriciteit tussen 2035 en 2050. Zijn mening is meer dan duidelijk: “waterstof is een eindvorm van energie, dus lost het geen primaire energieproblemen op. Het is een energiedrager die concurreert met elektriciteit.” En hij voegt daaraan toe: “[…] waterstof is de concurrent van elektriciteit. Het is een energiedrager die minder efficiënt is dan elektriciteit, vooral in transport.” Moeten we dat vergeten?
Vier keer minder efficiënt
Jean-Marc Jancovici legt uit dat het rendement van waterstof vier keer lager is dan dat van elektriciteit: “je verliest 30 tot 40% tijdens de elektrolyse, 20% tijdens de logistiek, dus van compressie tot opslag, en je verliest nog eens de helft in de brandstofcel van het voertuig om weer elektriciteit te maken.” Driekwart van de energie gaat dus verloren tijdens het conversieproces, waar elektriciteit direct kan worden gebruikt.
Moeten we waterstof dan volledig afschrijven in de transportsector? Volgens Jean-Marc Jancovici wel: “ik zie het nut van waterstof in transport niet”, verklaarde hij De specialist vindt dat waterstof als grondstof zinvol kan zijn (bijvoorbeeld voor de productie van meststoffen of de reductie van ijzererts), maar niet als energiedrager in onze auto’s. De toekomst zal snel uitwijzen of Jancovici gelijk heeft of niet…
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be
