Men hoort weleens het verwijt dat de Europese Unie een bemoeizieke regelneef is. Dat gaat voorbij aan het feit dat de EU in de luwte veel maatregelen neemt die het leven van de gewone burger ten goede komen. Zoals de nieuwe R117-04-standaard, die in juli van dit jaar van kracht ging en die betrekking heeft op autobanden, en meer specifiek hoe de homologatietest moet verlopen.
In de praktijk moet dat leiden tot betere banden die langer meegaan, waardoor elke automobilist geld kan besparen. Als je weet dat een degelijke autoband in een courante maat gauw zo’n 100 euro per stuk kost, exclusief de montagekosten, dan wordt dat voordeel plots heel tastbaar.
Waar gaat het over?
Concreet bepaalt de R117-04-standaard dat banden voortaan even goed moeten presteren wanneer ze afgesleten zijn tot hun minimale profieldiepte van 1,6 millimeter, dan wanneer ze nieuw waren. Dit zal gemeten worden door een remtest in het nat, waarbij de testauto moet afremmen van 80 tot 20 km/u, op een piste met 1 millimeter water erop.
Advertentie – lees hieronder verder
Dit verplicht bandenfabrikanten er onrechtstreeks toe om zowel in het ontwerp als de productie goed te letten op de consistentie en de rijkwaliteit van hun product. Het gevolg zou dan moeten zijn dat banden die vandaag soms als versleten worden beschouwd, langer dienst kunnen doen, tot op het punt dat ze écht versleten zijn. De uiterste grenswaarde om dat te bepalen is die minimale profieldiepte van 1,6 millimeter. Deze kan je trouwens eenvoudig zelf nameten door een euromunt in een groef te steken. Wordt de buitenste rand volledig onzichtbaar, dan is er nog genoeg profiel. Opgelet: dit geldt enkel voor zomerbanden. In het geval van winterbanden kan je hetzelfde doen, maar dan met de iets grotere munt van 2 euro.
Lobbywerk
Uit een studie van bandenmaker Michelin, de wereldwijde marktleider, blijkt dat vandaag in Europa de helft van de banden veel te snel vervangen wordt en op de afvalberg belandt, wanneer ze nog een profieldiepte van 3 millimeter hebben en in principe nog goed zouden moeten presteren. De Franse fabrikant schat dat door deze nieuwe standaard jaarlijks 128 miljoen minder nieuwe banden moeten geproduceerd en gemonteerd worden, goed voor een totale jaarlijkse besparing van 7 miljard euro voor de Europese consument. Ook voor de CO2-uitstoot is die langere levensduur een goede zaak, met een geschatte besparing van 6,6 miljoen ton.
Toch juicht de bandenmaker uit Clermont-Ferrand deze nieuwe standaard toe. Sterker nog: ze heeft er zelf jarenlang openlijk voor gelobbyd. Dat lijkt op het eerste gezicht gek, want druist dit niet in tegen haar eigen winkel? Mogelijk niet, want allicht rekenen de Fransen erop dat in dit strengere kader kwaliteit boven zal drijven, en dat ze de vruchten kunnen plukken van haar eigen arbeid. Jaarlijks investeert Michelin immers zo’n 1,2 miljard euro in onderzoek en ontwikkeling, om zowel de levensduur als de prestaties te verbeteren.
Om dezelfde reden lobbyde Michelin ook voor de invoer van een duidelijk keurmerk voor banden, dat onder andere de levensduur, remprestaties, rolweerstand (en dus effect op het verbruik) en rolgeluid weergeeft. Dit wordt geafficheerd op dezelfde manier als dat van bijvoorbeeld ijskasten of wasmachines, in klassen van A tot G. Ook hier had Michelin, maar ook andere bedrijven als Continental, Bridgestone of Goodyear, belang bij een transparante rapportering van de kwaliteiten van een band, als wapen in de concurrentiestrijd tegen budgetmerken, die kopers lokken met vlijmscherpe prijzen, maar kwalitatief minderwaardig zijn.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be