1969 was het jaar waarin voor het eerst een mens op de maan liep, het legendarische Woodstock-festival plaatsvond en het eerste Boeing 747-vliegtuig de lucht in ging. Ook Ford schreef toen een stukje (auto)geschiedenis met een nieuw model. In datzelfde jaar, precies 55 jaar geleden, verscheen de Ford Capri voor het eerst op de Europese wegen.
Droomwagen voor iedereen
De Capri was een sportieve en betaalbare coupé. De slogan die Ford toen gebruikte in zijn advertenties, zegt alles over de ambitie van deze auto: the car you always promised yourself. Het was met andere woorden een droomwagen, maar dan wel een betaalbare droom voor jongere bestuurders.
De Capri liet zich inspireren door de Amerikaanse Ford Mustang, maar was op de Europese markt gericht. De Europeanen kregen een mooie coupé met een lange motorkap, maar met de betrouwbaarheid en de lage onderhoudskosten van een gewone Ford. De techniek was dan ook gebaseerd op de Ford Cortina. Onder de motorkap had je de keuze tussen een 1.3 of 1.6 viercilinder, een 2.0 V4 of een 3.0 V6.
Advertentie – lees hieronder verder
Autosalon van Brussel
Eerst wilde Ford de naam Colt gebruiken, maar de rechtbank stak hier een stokje voor omdat die naam al ingenomen was door Mitsubishi. Het werd dan maar Capri. In 1969 beleefde de Ford Capri zijn wereldpremière op het Autosalon van Brussel. En er is nog een link met ons land: de productie gebeurde doorheen de jaren niet alleen in Groot-Brittannië (Dagenham, Halewood) en Duitsland (Saarlouis, Keulen), maar ook in ‘onze’ (en nu helaas gesloten) Ford-fabriek in Genk. De eerste Capri was meteen een succes: in de eerste twee productiejaren ontving Ford 400.000 bestellingen.
Grote kofferklep
Na een kleine facelift in 1972 (met onder meer nieuwe, hoekige koplampen) verscheen in 1974 de tweede generatie van de Capri. Die was in veel opzichten gemakkelijker in dagelijks gebruik. Ford verkortte de neus, maakte het interieur ruimer en monteerde voor het eerste een grote kofferklep voor een vlotte toegang tot de bagageruimte. Je kon ook de achterbank neerklappen. Door de zachtere ophanging en grotere remschijven vooraan werd de Capri gemakkelijker om te besturen. In sommige versies was zelfs een automatische versnellingsbak verkrijgbaar. Het gamma varieerde van een erg kale basisversie tot een chique Ghia-variant.
Ronde koplampen
In 1978 introduceerde Ford de derde generatie van de Capri. De slankere, agressievere styling paste goed bij de stijl van het nieuwe decennium. Vier ronde koplampen verbonden door een grille met horizontale lamellen werden een iconisch designkenmerk uit de jaren tachtig. De techniek werd moderner. De Capri gebruikte niet alleen turbodruk. De brandstofinjectie in de nieuwe 2.8-motor maakte de Capri zuiniger, terwijl de prestaties van de sportcoupé verbeterden.
Helaas kwam er een einde aan het Capri-verhaal in 1986 en had Ford geen opvolger klaar. Een gemiste kans, want zo kon Ford niet meeprofiteren van de stijgende populariteit van coupés destijds. Van de drie generaties samen bouwde Ford net geen twee miljoen exemplaren.
Nieuwe Capri
Nu probeert Ford nog een vervolg te breien aan het Capri-succes met een elektrische SUV-coupé op basis van de Explorer. Ford verwijst wel naar de boog in het achterste zijruitje en de led-verlichting die lijkt op de dubbele koplampen. Maar laten we eerlijk zijn: deze nieuwe Capri heeft behalve zijn naam niets gemeenschappelijk met zijn illustere voorgangers. Net zoals de moderne Puma en de Mustang Mach-E is het een marketingverzinsel dat de geschiedenis onrecht aandoet. Een poging om nostalgische gevoelens op te wekken en in te spelen op de retrotrend. Dat neemt niet weg dat de nieuwe Capri best een interessante auto is die (op papier) over veel kwaliteiten lijkt te beschikken. Maar het is geen Capri.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be