Het Mini-gamma is intussen tot maturiteit gekomen met drie modellen die zowat elke klant moeten kunnen aanspreken. Er is de klassieke Cooper, de driedeurs die nog sterk doet denken aan het oermodel van de hand van Alec Issogonis dat in 1959 werd gelanceerd. En daarnaast zijn er twee crossovers, die polyvalenter zijn en best als gezinswagen kunnen dienen: de recent onthulde Aceman en zijn grotere broer Countryman, die intussen zijn strepen heeft verdiend in zijn segment.
Bij de eerste aanblik van de nieuwe Mini Cooper is duidelijk dat deze iconische wagen zijn eigenheid heeft behouden. De achteloze voorbijganger zal zelfs wellicht het verschil niet merken met zijn voorganger(s), want de proporties en typische kenmerken zoals de ronde vormen en dito koplampen zijn nog steeds behouden. De designtaal, die als ‘Charismatic Simplicity’ wordt bestempeld, streeft zelfs naar meer eenvoud, waardoor tal van tierlantijntjes, zoals de zwarte wielkastlijsten en drempels en chroom accenten verdwenen en de klinken nu in de deuren verzinken.
OLED-scherm als blikvanger
Hetzelfde principe wordt toegepast in het interieur, waar een groot, centraal OLED-scherm de boordplank domineert. Daaronder bevinden zich enkele schakelaars, want de meeste functies worden via het aanraakscherm bediend. Dat verloopt zelfs verrassend vlot en intuïtief, in tegenstelling tot wat je misschien zou verwachten. Een head-up display projecteert daarnaast nog informatie, zoals snelheid en navigatierichtlijnen, in het gezichtsveld van de bestuurder. Het geheel is clean en efficiënt.
Advertentie – lees hieronder verder
In de tijdsgeest werd ook gekozen voor een interieurbekleding van gerecyleerde materialen die best aangenaam aanvoelen en een degelijke kwaliteit uitstralen en dus een mooi en duurzaam alternatief vormen voor leder, al dan niet van vegan oorsprong.
Compact en handig
De nieuwe Mini Cooper blijft een zeer compacte wagen met een lengte van minder 4 meter, waardoor hij handig door het stadsverkeer laveert, maar uiteraard ook een beperkte binnenruimte heeft. Vooraan zitten zelfs grotere personen lekker en comfortabel, maar op de achterbank is de beenruimte van de twee passagiers zeer beperkt.
Dat geldt ook voor de koffer die slechts 210 liter kan slikken, wat volstaat voor de boodschappen of wat handbagage. Dat volume kan echter wel snel uitgebreid worden tot 800 liter na het neerklappen van de tweedelige achterbank (60:40), waardoor de Mini Cooper toch voldoende veelzijdigheid biedt als je maar met zijn tweeën reist. Wie meer plaats wil, heeft natuurlijk de mogelijkheid om binnen het Mini-gamma voor de ruimere Aceman of Countryman te kiezen.
Aan de stekker
Uiteraard staat ook bij Mini de elektrificatie centraal, want van elk model zijn er volledig elektrische versies verkrijgbaar die zelfs een cruciale rol in het aanbod innemen, terwijl voor de klassieke verbrandingsmotoren een uitdoofscenario is voorzien. Het was dan ook geen verrassing dat we van de nieuwste generatie meteen de elektrische versie konden testen. Bij de persvoorstelling kregen we de sleutel van de Cooper SE, de krachtigste variant, die 218 pk en 330 Nm op de voorwielen zet en een accu van 54,2 kWh in de vloer heeft zitten. Daarmee is een WLTP-rijbereik van 402 kilometer mogelijk. De sprint van 0 tot 100 km/u lukt in 6,7 seconden, terwijl de top 170 km/u bedraagt volgens Mini.
Daarnaast komt er ook nog een basisversie, de Cooper E, die wordt aangedreven door een 184 pk en 290 Nm sterke elektromotor, waarmee dezelfde spurt wordt afgewerkt in 7,4 seconden en de topsnelheid tot 160 km/h beperkt blijft. Met de kleinere accu van 40,7 kWh bedraagt het rijbereik 305 kilometer. Laden kan telkens aan 11 kW of sneller met gelijkstroom aan 75 kW voor de E en 95 kW voor de SE, waarmee toch in respectievelijk 30 en 28 minuten van 10 tot 80 procent kan worden bijgeladen.
Gokart-gevoel
Genoeg over specificaties, tijd voor rijplezier! En dat biedt de Mini Cooper SE zonder twijfel. In het heuvelachtige hinterland van Barcelona kwamen tijdens de testrit de dynamische kwaliteiten van deze EV zeer goed tot hun recht. Met 218 pk onder het stroompedaal zijn de acceleraties pittig en ook het bochtenwerk verloopt vlekkeloos, ondanks het aanzienlijke gewicht van iets meer dan 1,6 ton van de Cooper SE. Inderdaad, het door Mini aangekondigde gokart-gevoel is echt aanwezig en zorgt voor een flinke portie rijplezier aan het stuur.
Dat is ook in belangrijke mate te wijten aan de positionering van de accu onder de vloer en tussen de assen en de aanwezigheid van een vrij strakke ophanging. Daarbij maken we natuurlijk meteen de bedenking dat deze stugge demping het hard te verduren zal krijgen op onze slechte Belgische wegen, waardoor het rijcomfort zo beperkt dreigt te worden. Ook is het opletten geblazen voor enige koppelreacties in het stuurwiel bij heftige acceleraties bij het uitkomen van de bochten.
Lunaparksfeer
Het rijgeluid maakt voor de liefhebber ook integraal deel uit van de rijervaring. Petrolheads genieten intens van een grommende V8 of een hoogtoerige zespitter, maar krijgen van het gezoem van een elektromotor zeker geen kriebels in de buik, integendeel. Daarop speelt Mini in met de ‘Experiences’ die in de wagen opgeroepen kunnen worden. Het zijn zeven rijprogramma’s waarbij onder meer de vermogensopbouw, het display, de achtergrondverlichting én het geluid variëren. Zo ligt bij ‘Green’ de nadruk op zuinigheid en discretie. In de ‘Gokart’-stand klinkt de aandrijving als een goede, oude verbrandingsmotor, inclusief een knetterend uitlaatgeluid. En in de ‘Core’-stand baadt het interieur in dolle lunaparkgeluiden, waar je na een tijdje helemaal kierewiet van wordt. Wees echter gerust: je kan heel eenvoudig van sfeer wisselen en het is ook mogelijk om deze geluiden volledig te onderdrukken.
Premium status
Dan nog wat over het verbruik tijdens onze testrit. Op de gezapige momenten in het drukke verkeer tijdens het cruisen op de kustboulevards noteerden we een goede 15 kWh/100 km, wat overeenstemt met een rijbereik van ongeveer 330 kilometer met de accu met een nettocapaciteit van 49,2 kWh. Tijdens de dolle momenten op de verlaten wegen in de bergen liep het stroomverbruik echter op tot ruim 20 kWh/100 km en zakte actieradius zo tot amper 250 kilometer. Dit is zeker een factor om rekening mee te houden bij een eventuele aankoop van een elektrische Mini.
Net als het prijskaartje trouwens dat de premium positionering van Mini in zijn segment onderstreept. Je betaalt voor de nieuwe Cooper SE minimum 38.500 euro, maar in de topuitvoering John Cooper Works kan dat oplopen tot 47.410 euro. De minder krachtige Cooper E met een kleinere accu verandert van eigenaar voor 34.500 euro. De later voorziene benzineversies zullen nog onder deze tarieven duiken. Meer nieuws daarover later.
BESLUIT
De vijfde generatie van de Mini Cooper overtuigt met de nieuwe interpretatie van het iconische concept, de knappe integratie van de hedendaagse technologie en zijn dynamisch rijgedrag. De minpunten blijven de vrij beperkte actieradius voor wie vaak grotere afstanden doet en de hoge tarieven die de premium status van dit merk onderstrepen.
De Mini Cooper SE in cijfers
Motor: elektromotor, 218 pk, 330 Nm
Transmissie: op de voorwielen
Versnellingsbak: automaat met enkele overbrengingsverhouding
L/b/h (mm): 3.858 / 1.756 / 1.460
Leeggewicht (kg): 1.605
Koffervolume (l): 210-800
0 tot 100 km/u (sec): 6,7
Topsnelheid (km/u): 170 km/u
Gemengd WLTP-verbruik (kWh/100 km): 14,1
CO2: 0 g/km
Prijs: 38.500 euro
BIV: Vlaanderen: 0 euro, Wallonië en Brussel: 61,50 euro
Verkeersbelasting: Vlaanderen: 0 euro, Wallonië en Brussel: 92,93 euro
Ecomalus Wallonië: 0 euro
- Prachtig iconisch design
- Mooie integratie technologie en connectiviteit
- Dynamisch rijgedrag
- Vrij hoge prijs
- Beperkte actieradius
- Rijcomfort (op onze slechte wegen)
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be