Geparkeerd naast de huidige auto’s ziet de Suzuki Fronte er zo klein uit dat hij wel speelgoed lijkt! Andere automobilisten moeten zowaar lachen met dit ontwerp uit een ander tijdperk. En we moeten toegeven, ook wij kenden dit model helemaal niet, waarvan de Belgische merkinvoerder net de restauratie van een exemplaar heeft voltooid. Maar dit gebrek aan kennis is ons vergeven als je weet dat van de Fronte eind jaren 60 slechts 290 exemplaren werden verkocht!
Suzuki is opgericht in 1909 en was aanvankelijk een motorfietsconstructeur wiens producten in België werden verdeeld door de Moorkens Groep. In Japan maakte het bedrijf in 1955 zijn debuut in de auto-industrie met de Suzulight, die voorbehouden bleef aan de binnenlandse markt.
Het merk richtte zich op de markt van kei cars (fiscaal voordelige microcars) en ontwikkelde auto’s en lichte bedrijfsvoertuigen met technologie geïnspireerd op de wereld van motorfietsen. Pas toen de Fronte in 1967 werd gelanceerd, besloot Suzuki hem ook te exporteren.
Advertentie – lees hieronder verder
Daarvoor werd een specifieke versie ontwikkeld: de driecilinder-in-lijn tweetaktmotor werd opgeboord van 360 naar 475 cc voor een vermogen van 29 pk bij 6.000 opm en de auto was uitgerust met een “Luxe” -interieur. De eerste exemplaren arriveerden in 1969 in België en werden verspreid door motordealers die enigszins onthutst waren door dit vierwielige product. Met zijn zeer Japans formaat en het totale gebrek aan imago, maakte de Fronte een discrete carrière voordat het merk uit het land verdween tot 1978, toen het een definitieve ‘comeback’ maakte.
Echte auto
Om aan boord van de Fronte te raken, moet je jezelf erin laten glijden, aangezien het voertuig vrij laag is! Toch volstaat de beschikbare hoofdruimte, zelfs voor personen van meer dan 1,80 meter. Tevens is het aangewezen om vooral met een geliefde op pad te gaan omdat de voorstoelen zo dicht bij elkaar staan dat onderling contact niet te vermijden is!
Een ander opvallend kenmerk is de aanwezigheid van de wielkasten in het interieur, zodat je niet recht voor het stuur en de pedalen zit. Je zit dus iets naar rechts gedraaid tijdens rijden. Een positie die over lange afstanden wellicht niet zeer comfortabel is, maar daarvoor is de kleine Suzuki duidelijk niet gemaakt.
Het degelijk afgewerkte interieur voldoet aan de normen van die tijd en is dus zeer kaal. Er zijn wel al veiligheidsgordels vooraan, die in 1969 nog slechts als een accessoire werden beschouwd. Aan de voorkant maakt een kleine, eerder symbolische koffer het 2,99 meter lange voertuig compleet. De lengte is vergelijkbaar met een hedendaagse Smart.
Luidruchtig
Om dit 425 kg wegende voertuig te verplaatsen, heeft Suzuki een motor geminiaturiseerd die geniet van een vierversnellingsbak en een automatisch oliemengsysteem. Ook interessant is dat de Fronte is uitgerust met een Dynastart, een alternator-starter zoals die tegenwoordig te vinden is in auto’s uitgerust met een stop & start-systeem.
Zijn stille werking contrasteert met die van de Japanse driecilinder. Zoals alle tweetaktmotoren draait die nogal onstabiel en ‘rokend’ op stationair toerental. Na slechts een 100-tal kilometer te hebben afgelegd sinds de restauratie, loopt het blok van Fronte nog steeds op de smeermiddelen die tijdens de assemblage worden gebruikt, wat nog meer witte emissies oplevert. Gelukkig waren er geen ‘groene ayatollahs’ in de buurt…
Tijd dus om op pad te gaan om te kijken wat de kleine Suzuki te bieden heeft. Wel… dat is niet veel! De motor met zeer weinig koppel vereist dat het gaspedaal permanent ‘gevloerd’ wordt en moet hoog in de toeren gehouden worden. De afwezigheid van een toerenteller maakt het er niet gemakkelijker op en het is dus noodzakelijk om je door het ‘lawaai’ te laten leiden. Met zijn geluid van een naaimachine op amfetamines zet de Fronte aan tot lachen als je hem hoort, bij gebrek aan verbluffende prestaties!
De grote test
In 1968 was de marketingafdeling van Suzuki op zoek naar een idee om het nieuwe model in de kijker te plaatsen. Het merk huurde vervolgens niemand minder dan de grote Stirling Moss in om een roadtrip te maken met als doel de kwaliteiten van de Fronte te demonstreren. De afspraak werd gemaakt in Milaan waar de VIP een 360 SS van 36 pk werd toevertrouwd. Een ander voertuig werd bestuurd door Mitsuo Itoh, een beloftevolle motorracer van het merk in die tijd. Beide auto’s reden volgas via Rome naar Napels.
Op het vlakke haalde de kleine Suzuki 130 km/u als topsnelheid en uiteindelijk bereiken ze hun bestemming via de snelweg met een zeer correct gemiddelde van 122,44 km/u! Deze wagen van Moss wordt bewaard als relikwie in het merkmuseum in Hamamatsu (Japan) en toont de ernst van Suzuki aan.
Wij zijn niet zo snel gegaan. Meer dan 60 km/u rijden is al roekeloos, omdat de stabiliteit van de Fronte omgekeerd evenredig is met zijn snelheid, gepaard met een vrij hoog geluidsniveau. Het lijdt geen twijfel dat de bestuurders na de rit 746 km uitgeput moesten zijn. Deze prestatie slaagde er echter niet in om de verkoop op het Oude Continent op gang te krijgen, maar de basis voor de uitstekende reputatie die Suzuki vandaag nog steeds geniet, was gelegd. Het moet worden gezegd dat het merk sindsdien een lange weg heeft afgelegd!
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be