Het toenemend aantal fietsers op onze wegen zorgt ook voor nieuwe uitdagingen op vlak van veiligheid. Vooral de grote snelheidsverschillen tussen ‘klassieke’ fietsers en de elektrisch aangedreven speedpedelecs die tot 45 km/u kunnen halen, zorgen voor bijkomende risico’s. Zeker in de stadscentra met een groot aantal fietsers van allerlei pluimage. Daarom wordt er door de politie steeds vaker gecontroleerd dat er hoffelijk, veilig en niet te snel wordt gereden. Maar dat moest tot hiertoe altijd door een politieman vastgesteld worden, die de overtreder dan op de bon kon zwieren.
Zopas heeft Vlaams Mobiliteitsminister Lydia Peeters (Open Vld) verklaart dat de wetgeving wordt aangepast, zodat de overtredingen vastgesteld door automatische, vaste, onbemande flitspalen en trajectcontroles voortaan ook rechtsgeldig zijn om wie daar te snel rijdt op een fiets te verbaliseren. Concreet gaat het over fietszones waar auto’s, bromfietsen én speedpedelecs maximaal 30 kilometer per uur mogen rijden. Als je autobestuurders die te hard rijden in een zone 30 beboet, is het logisch dat je dat ook doet met andere weggebruikers die je kan identificeren. Dat kan inderdaad met speedpedelecs, want die hebben een nummerplaat in tegenstelling tot de gewone, klassieke fietsen.
Ongevallen beperken
Het doel van deze maatregel is niet zozeer extra geld in het laadje van de staatskas te brengen, alhoewel dat een automatisch neveneffect is, maar om het fietsverkeer veiliger te maken. De speedpedelec werd inderdaad geïntroduceerd als een alternatief voor de auto en dus als middel om de files te beperken, maar dit voertuig is ook een oorzaak van het toegenomen aantal ongevallen met fietsen de laatste jaren. Op twee jaar tijd verdubbelde namelijk het aantal letselongevallen: van 318 in 2020 naar 676 in 2022. En in de eerste negen maanden van dit jaar werden al 478 letselongevallen met een speedpedelec genoteerd. Het lijkt dus zeker noodzakelijk om in te grijpen om het fietsverkeer in de steden weer veiliger te maken.
Advertentie – lees hieronder verder
Groot snelheidsverschil
Los van de onvoorzichtigheid en roekeloosheid van sommige speedpedelecbestuurders, ligt de oorzaak van vele ongevallen aan het grote snelheidsverschil tussen speedpedelecs die 45 km/u bereiken en de gewone elektrische fiets die slechts maximaal 25 km/u mag rijden en de klassieke trapfiets die zich meestal aan amper 10 à 15 km/u voortbeweegt. Daarom pleiten verkeersexperts er al langer voor om de speedpedelecs in de bebouwde kom, waar de maximumsnelheid 50 km/u bedraagt, naar de rijbaan te verwijzen, omdat daar het snelheidsverschil met de auto’s zeer gering blijft en dus een veiliger alternatief voor alle weggebruikers zou zijn.
Dezelfde experts merken ook op dat de recente invoering van een examen voor aspirant-speedpedelecrijder die geen rijbewijs B (voor de wagen) hebben, een goede zaak is. Maar verder bepleiten zij ook de algemene invoering van fietspaden die twee meter breed zijn, en zelfs vier meter in de dubbele richting. Maar dat gaat vaak enkel door ruimte weg te nemen voor de auto, die nu al stevig in de hoek gedrukt wordt. Daarom is het onwaarschijnlijk dat deze visie een breed draagvlak snel zal krijgen bij het publiek en de politiek.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be