Groep B werd in 1982 opgericht door de Fédération Internationale de l’Automobile, kortweg FIA. Deze toen gloednieuwe tak van de rally verving Groep 4 (gemodificeerde GT’s) en Groep 5 (touringprototypes) en was een immense stap “voorwaarts” in vergelijking met Groep A, waarin de budgetten beperkt waren. Zeggen dat Groep B de rallysport een nieuwe dimensie gaf, is zeker niet overdreven.
Alles kon, alles mocht
Voor Groep B mochten autoconstructeurs alles uit de kast halen. Er waren wel enkele voorwaarden, zoals de verplichting om minstens 200 voor de openbare weg gehomologeerde productiemodellen te verkopen, maar voorts was zowat alles toegelaten. Als gevolg van die zeer beperkte reglementering waren Groep B-rallywagens bijzonder licht, door veelvuldig gebruik te maken van composietmaterialen, en tegelijk extreem krachtig. Bovendien mochten fans gaan en staan waar ze wilden, iets wat nu ondenkbaar zou zijn.
In 1986, het laatste jaar waarin Groep B mocht worden gereden, had de pk-wedloop bijna buitenaardse proporties aangenomen. Waar een Groep B-auto in ’81 ongeveer 250 paarden ontwikkelde, zat men in ’86 aan 500 pk en meer. Krankzinnig.
Advertentie – lees hieronder verder
Rijdende vitrinekasten
Voor klassieke volumemerken zoals Ford, Peugeot, Renault enzovoort vormde Groep B de uitgelezen kans om hun technisch kunnen met de wereld te delen. Hun rallyauto’s waren niet minder dan technologische uitstalramen die als inspiratie werden gezien voor veel bravere straatauto’s. Alles draaide rond vooruitgang: het moest telkens duurder, gesofisticeerder, heviger, beter. Er was op den duur geen houden meer aan en fans smulden van deze wapenwedloop. Je zou het ook collectieve hysterie kunnen noemen.
Legendarische modellen
Verschillende Groep B-modellen werden legendarisch. Denk aan de Audi Quattro Sport, de Ford RS200, de Lancia 037 en Delta S4, de Opel Manta en Ascona 400, de MG Metro 6R4, de Renault 5 Turbo en de Peugeot 205 T16.
Van de piloten onthouden we ronkende namen als Markku Alen, Stig Blomqvist, Juha Kankkunen, Michèle Mouton, Jean Ragnotti, Walter Rohrl en Ari Vatanen.
Té snel
Groep B-wagens werden uiteindelijk veel te snel. Hun bestuurders moesten hoe langer hoe meer vrezen voor hun leven en terecht. Er werden dodelijke slachtoffers geëist, zelfs bij de toeschouwers.
Het dieptepunt kwam in 1986, toen de Lancia Delta S4 van het duo Toivonen/Cresto met hoge snelheid van de baan ging tijdens de rally van Corsica. Beide mannen kwamen om in de vuurzee. Deze verschrikkelijke crash gebeurde een jaar nadat Attilio Bettega op slag dood was toen hij tijdens hetzelfde evenement tegen een boom knalde en tekende het doodvonnis van Groep B.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be