Binnen hun functie beschikken politici over een hele reeks instrumenten om hun taak uit te voeren. Om zich te verplaatsen, krijgen ze bijvoorbeeld een dienstvoertuig, maar ook één of meerdere chauffeurs (als er gewisseld moet worden) die hen vervoeren terwijl ze aan het werk zijn. Op verzoek kunnen bepaalde politici zoals ministers ook over een politie-escorte beschikken.
Je hebt het ongetwijfeld al eens gezien: de politie-escortes zijn indrukwekkend. De politiemotards stoppen het verkeer op alle kruispunten om het konvooi te laten passeren, dat alleen stopt op zijn bestemming en de snelheidslimieten die gelden voor andere automobilisten vaak ruim overschrijdt.
Deze taak wordt sinds 2014 uitgevoerd door de Directie bescherming (DAP), die werd opgericht na de optimalisatie van de Federale Politie. Het is een afdeling van de Algemene directie bestuurlijke politie die alle gespecialiseerde beschermingsopdrachten van de Federale Politie verzorgt.
Vaak gebruikt?
Advertentie – lees hieronder verder
We kunnen ons echter vragen stellen bij het aantal escortes. Is dit een dagelijkse gewoonte voor onze ministers? Mocht dit zo zijn, dan zouden de kosten voor de belastingbetaler hoog oplopen, rekening houdend met de ingezette middelen en werkkrachten. Die vraag werd in het parlement gesteld aan minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (CD&V).
Sinds 2015 werd na de aanslagen in Parijs en Brussel de beveiliging van de federale overheid versterkt. Als je dit nader bekijkt, blijkt dit vooral voor de eerste minister te zijn. In vergelijking met andere landen zijn de Belgische ministers samen nog vrij toegankelijk en maken ze dus minder gebruik van politie-escortes.
Annelies Verlinden vertelde in haar antwoord aan de parlementsleden dat “in 2020 slechts vier escorteverzoeken voor een Belgische minister zijn ontvangen en gehonoreerd door het Nationaal Crisiscentrum (NCCN)”. Een laag cijfer dat waarschijnlijk te verklaren valt door de pandemie, want in 2021 werden elf politie-escortes aangevraagd.
Als we naar de betrokkenen kijken, zien we dat van de elf begeleidingen in 2021, er vijf werden voorzien voor premier Alexander De Croo (Open VLD), één voor minister van Buitenlandse Zaken Sophie Wilmès (MR), één voor minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) en tot slot vier voor de minister van Binnenlandse Zaken zelf, Annelies Verlinden.
Vooral voor internationale bezoeken
Een interessante vaststelling is dat het grootste deel van deze politie-escortes werd aangevraagd voor internationale bezoeken. Deze beveiliging werd bijvoorbeeld ingezet tijdens de Belgisch-Luxemburgse top of het bezoek van de voormalige Duitse bondskanselier Angela Merkel aan Brussel. Ook zijn er drie politie-escortes gebeurd in crisissituaties, namelijk om na de overstromingen naar het hart van de rampgebieden te gaan (één voor De Croo en twee voor Verlinden).
Voorts blijkt dat Alexander De Croo op elke Europese top een politie-escorte heeft, die blijkbaar noodzakelijk is om de beveiligde zone binnen te mogen. De vraag werd aan de minister gesteld door kamerlid Peter Buysrogge (N-VA) om te bekijken of het nodig is om het systeem te herzien.
Annelies Verlinden gaf aan dat dit door het uitzonderlijke karakter niet het geval is. Bovendien brengen deze escortes, nog volgens de minister van Binnenlandse Zaken, geen extra kosten met zich mee, omdat ze rechtstreeks uit het werkingsbudget van de politie komen.
Op zoek naar een auto? Zoek, vind en koop het beste model op Gocar.be