Item: Spring
Rating: 8
Author: Maxime Hérion

In een tijd waarin de energietransitie in de auto-industrie in een stroomversnelling geraakt en de budgetten zo hoog oplopen dat het voor een particulier moeilijk wordt om zich een nieuwe elektrische auto te veroorloven, valt de Dacia Spring op met een basisprijs van amper 17.890 euro. Als we die vergelijken met de tarieven van de concurrentie, vragen we ons af hoe dit dochtermerk van Renault dat klaarspeelt.

Ten eerste moet je weten dat de Spring in feite de Europese en geëlektrificeerde versie van de Kwid is, een compacte SUV die al in 2015 werd voorgesteld en die voor opkomende markten zoals India, Brazilië of Tunesië werd ontwikkeld.

Ten tweede wordt de Spring in China gebouwd en heeft hij een slechts 44 pk sterke motor en een kleine batterij met een capaciteit van een bescheiden 27,4 kWh. Ten derde heeft Dacia bewust zijn uitrusting beperkt, evenals de keuze van de koetswerkkleuren: slechts drie tinten zijn beschikbaar voor de klant, naast twee afwerkingsniveaus (Comfort en Comfort Plus).

Lees ook : TEST Dacia Spring: Gedaan met excuses!

Om de prestaties van de bescheiden aandrijving te maximaliseren, werd het gewicht van deze Dacia fors beperkt. Op dit punt heeft het merk absoluut indruk gemaakt door een auto van slechts 970 kg te bouwen. Voor een kleine wagen met verbrandingsmotor is dit al zeer gunstig; voor een elektrisch automodel ronduit indrukwekkend.

Advertentie – lees hieronder verder

Zakformaat

Bij de invoerder zat de guitige Spring op ons te wachten. Vergeleken met de andere Dacia’s en Renaults die er geparkeerd staan, lijkt hij met een lengte van 3,73 m en een breedte van 1,62 m erg klein. Hij is dan ook ontworpen als ‘ideale stadsauto’ en trapt niet in de val van de concurrentie die de neiging heeft om kleine instapmodellen eenvoudigweg te elimineren. Het goede nieuws, naast het feit dat een klein formaat ideaal is om parkeerplaats te vinden, is dat het interieur relatief veel ruimte biedt, ook al is de achterbank vooral geschikt voor kleine kinderen.

Nu gaan we niet rond de pot draaien. Bij het instappen merk je meteen dat Dacia de kwaliteit van het interieur heeft opgeofferd om een aantrekkelijke prijs te kunnen bieden. Met de harde en kwetsbare kunststoffen en de bescheiden afwerking kan de Spring zijn low-cost karakter niet verbergen, een aspect dat verder wordt bevestigd door andere details: geen centrale armleuning, raambediening op de middenconsole enzovoort.

Dacia-Spring-2022-Comfort-Plus-test-interieur

Vervelender is dat de bestuurdersstoel niet in hoogte verstelbaar is, net zomin als de stuurkolom. Wie een goede 1m86 meet, zoals uw dienaar, moet zich als het ware in de overigens wel comfortabele stoel drukken om een fatsoenlijke zitpositie te bekomen. Jammer, want onze testauto geniet van de zeer complete Comfort Plus-afwerking met een LG-multimediasysteem met achteruitkijkcamera, airco, elektrische ramen en centrale vergrendeling.

Lekker rijden

De Spring is niet alleen low-cost maar ook no-nonsense: de sleutel omdraaien, wachten tot het ‘GO’-lampje oplicht op het dashboard en vervolgens de knop op de middenconsole in de D-positie draaien. Daarmee zet deze Dacia zich met een zacht gezoem in beweging.

Dacia-Spring-2022-Comfort-Plus-test-exterieur-avant

We moeten toegeven dat we er niet veel vertrouwen in hadden met de bescheiden technische gegevens in het achterhoofd. Een verkeerde gedachte, want zijn lage gewicht verzekert correcte prestaties in het verkeer, of toch zolang de baan vlak blijft. Bovendien is hij, geschoeid op kleine en zeer smalle banden, bijna net zo wendbaar als een fiets.

De Spring is met andere woorden zeer reactief en glipt overal door, waardoor hij zowaar de perfecte stadsauto is met een rijgedrag dat herinnert aan oude vinnige bakjes zoals de Renault 4L, die je gerust zijn spirituele vader mag noemen. In de stad levert hij in ieder geval fantastisch werk met een gemiddeld verbruik van minder dan 15 kWh/100 km, wat nogmaals bewijst dat lichtheid de sleutel tot zuinigheid is.

Voldoende

Is het actieterrein de Spring beperkt tot rondjes rond de kerktoren? Je zou denken van wel, maar toch is dat niet helemaal het geval. Toegegeven, het kost wat tijd om tot 120 km/u te geraken, maar zodra je dat punt hebt bereikt, zoeft hij gezapig over de snelweg. Wel zijn de windgeluiden duidelijk merkbaar en is hij behoorlijk gevoelig voor zijwind. We maakten zonder problemen een trip (gemengd gebruik) van meer dan honderd kilometer en hadden dan nog een derde van de accucapaciteit over.

Dacia-Spring-2022-Comfort-Plus-test-exterieur-arriere

In de stad heeft de Spring een reëel rijbereik van iets meer dan 220 km en op snelwegen zo’n 160 km. Da’s op zich niet bijster veel, maar voor dagelijkse verplaatsingen is die autonomie echt wel voldoende. Bovendien betekent een kleine batterij ook een relatief korte oplaadtijd.

Plug je hem in een doodgewoon stopcontact, dan duurt het 13u32 om de batterij volledig op te laden. Lang, dat geven we toe, maar aan een snellader moet je maar 1u30 rekenen en zelfs maar 56 minuten om 80% van de capaciteit te bereiken. Met een laadpaal thuis duurt opladen dan weer 4u51, een half nachtje zeg maar.

Dacia-Spring-2022-Comfort-Plus-test-exterieur-opladen-recharger

Tijdens onze testweek maakten we vaak gebruik van een laadterminal op de parkeerplaats van een supermarkt. Tijdens de duur van onze boodschappen laadde de kleine Dacia zich daar telkens volledig gratis op. Zolang dit nog kan, is dit een niet te verwaarlozen aspect gezien de huidige prijs van benzine en diesel.

Conclusie

Een elektrische SUV van meer dan 2 ton met 20” wielen, kan je moeilijk een toonbeeld van efficiëntie noemen. De Dacia Spring pakt het omgekeerd aan: een laag gewicht, een kleine batterij en weinig vermogen: een echte spring-in’t-veld. Deze auto voldoet dus wel degelijk aan de verwachtingen, voor alle duidelijk aan die van een auto die goedkoop is in aankoop en in gebruik en die je voor normale, dagdagelijkse taken inzet, zoals gemiddeld woon-werkverkeer. En neen, hij is niet zonder gebreken, maar er moesten nu eenmaal compromissen gesloten worden. Al bij al een (zeer) aangename verrassing!